Het Plakkaat van Verlatinghe (ook wel Acte van Verlatinghe genoemd) van 26 juli 1581 was de officiële verklaring van enkele Nederlanden waarin Filips II werd afgezet als hun heerser. Deze daad volgde op de Unie van Utrecht in 1579. Het plakkaat was gebaseerd op keuren van de verschillende vorstendommen, waarin de vrijheden van de steden en vorstendommen waren opgesomd, zoals de Blijde Inkomst uit 1356. De Staten verklaarden dat hun vorst, Filips II, deze vrijheden en rechten had geschonden en verklaarden hem vervallen van de troon.
Een deel van de tekst:
Zoals een ieder kennelijk weet, is een prins van het land een door God gesteld hoofd over zijn onderdanen, om deze te bewaren en te beschermen tegen alle ongeluk, overlast en geweld, gelijk een herder hoedt over zijn schapen. En dat onderdanen niet door God geschapen zijn om ten behoeve van een prins alles te doen wat hij beveelt, of het goddelijk, ongoddelijk, recht of onrecht is, onderdanig te wezen en als slaven te dienen. Maar de prins om zijn onderdanens wil, zonder welke hij geen prins is, om met recht en reden te regeren en in te staan en lief te hebben als een vader zijn kinderen en de herder zijn schapen, die zijn lijf en leven geeft om hen te bewaren. En als hij dat niet doet, maar in plaats van zijn onderdanen te beschermen, deze probeert te onderdrukken, te overvragen, haar vrijheid, privileges en oude gebruiken te benemen, en haar te gebieden en te gebruiken als slaven, moet gehouden worden niet als prins, maar als een tiran.